De onbelaste reiskostenvergoeding wordt naar €0,21 cent verhoogd in 2023
De Tweede Kamer heeft ervoor gekozen om de verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding van €0,19 cent per kilometer een jaar naar voren te verplaatsen. De verhoging van naar €0,21 cent per kilometer gaat per 1 januari 2024 in. Er komt meer bij kijken dan simpelweg de verhoging doorvoeren om dit verhaal te kunnen bekostigen. In deze blog lees je alles over de verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding. Je komt erachter waarom de onbelaste vergoeding verhoogd wordt en hoe het kan dat de onbelaste reiskostenvergoeding jarenlang hetzelfde is gebleven. Aan het einde van de blog lees je wat vakbond CNV van de verhoging van de onbelaste vergoeding vindt.
De onbelaste reiskostenvergoeding wordt verhoogd
De bekendgemaakte voorjaarsnota heeft laten weten dat er de onbelaste reiskostenvergoeding per 2024 van €0,19 naar €0,21 cent per kilometer gaat. De Tweede Kamer liet weten dat iedere cent die boven op de onbelaste reiskostenvergoeding komt, de staat 130 miljoen euro zal kosten. Experts verwachten dat de Tweede Kamer in 2025 voor een onbelaste reiskostenvergoeding van €0,23 cent per kilometer kiest. Dit is nog niet bekend gemaakt en zijn op dit moment slechts speculaties, die meerdere nieuwsbronnen zoals de Telegraaf, het AD en Het Parool publiceren. Meer informatie over deze verhoging in 2025 zal tijdens Prinsjesdag 2022 bekendgemaakt kunnen worden.
De onbelaste reiskostenvergoeding wordt door werkgevers ingezet voor personeel dat een bepaald aantal kilometers naar de werkplek dient af te leggen. Het maakt niet uit of het personeel met de auto, de fiets, lopend of het openbaar vervoer naar het werk komt. De onbelaste reiskostenvergoeding is voor iedereen hetzelfde. Het Ministerie van Financiën heeft onderzoek gedaan naar hoeveel werkgevers meer reiskosten vergoeden naast de €0,19 cent per kilometer. Werkgevers zien namelijk in dat deze vergoeding de kosten voor autorijdend personeel totaal niet dekt. Het merendeel van de bij het onderzoek betrokken werkgevers, betaald autorijdend personeel meer reiskostenvergoeding uit. Het is dus zeker van belang dat de €0,19 cent per kilometer wordt verhoogd.
De vergoeding was al jarenlang hetzelfde, namelijk €0,19 cent per kilometer
Sinds 2006 staat de onbelaste reiskostenvergoeding vast op €0,19 cent per kilometer. Dit is best bijzonder aangezien het leven sinds 2006 een heel stuk duurder is geworden. In 17 jaar tijd is er wel vaker een geluid te horen geweest, dat schreeuwde om een verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding. Ministers deden er helaas niets mee. Het is absurd om te bedenken dat €0,19 cent per kilometer jarenlang ‘genoeg’ moet zijn geweest om de reiskosten van personeel te dekken. Het kabinet heeft aangegeven dat het te lastig en te duur was om de onbelaste reiskostenvergoeding van €0,19 cent per kilometer te verhogen.
Hun reden hiervoor was dat de onbelaste reiskostenvergoeding niet alleen voor automobilisten geldt, maar ook voor iedereen die op een andere manier naar werk reist. De vergoeding zou voor hen ook stijgen en dit zou volgens het kabinet niet de juiste aanpak zijn. Daarnaast hebben vorige kabinetten meer tijd gestoken in het promoten van de fiets en het OV als vervoermiddel van en naar het werk toe. Het promoten van de fiets als vervoermiddel bij personeel is gelukt. Aangezien er meer fietsen van de zaak en zakelijke fietsplannen worden uitgegeven dan in de jaren tussen 2006 en nu.
Welke reden heeft het verhogen van de onbelaste kilometervergoeding?
Het kabinet koos er eerst voor om stapsgewijs naar een verhoging van de onbelaste reiskostenvergoeding te kijken per 2024. De sterk gestegen brandstofprijzen gooide roet in het eten. Doordat de prijs voor brandstof in 2022 omhoogschoot, moest het kabinet naar een oplossing zoeken. Zij hebben ervoor gekozen om de verhoging van de onbelaste vergoeding een jaar te vervroegen. De Tweede Kamer heeft zelfs met de media gedeeld dat zij de verhoging al in juli 2022 wilden doorvoeren. Dit is helaas te kort dag en niet haalbaar. Om de werknemers toch tegemoet te komen, werd er per 1 april 2022 gekozen voor de verlaging van accijnzen op brandstof.
Aan de andere kant is de verlaging op accijnzen maar van korte duur. Deze maatregel zal op 1 januari 2023 namelijk alweer aflopen. De verlaging van het btw-tarief op gas en elektriciteit loopt ook maar tot 1 januari 2023. Dit is zowel voor werkgevers als werknemers belangrijk om te weten. Werkgevers betalen namelijk voor gas en elektriciteit in het bedrijfspand en de werknemers betalen voor brandstof om met hun auto op hun werk terecht te komen.
Wat vinden de vakbonden van de verhoging van deze onbelaste vergoeding?
Op BNNVARA kun je een reactie van vakbond CNV teruglezen. Zij vertellen dat de verhoging waar nu voor is gekozen helaas nog veel te laag is. CNV maakt zich hard voor het verhogen van de onbelaste reiskostenvergoeding naar €0,23 cent per kilometer en wil dat dit al vanaf 1 januari 2023 van kracht is. Piet Fortuin, CNV-voorzitter, stelt dat de onbelaste reiskostenvergoeding al jarenlang veel te laag is en dat de meeste werkenden met €0,21 cent per kilometer nog steeds geen reiskosten van en naar het werk kunnen betalen. CNV probeert het kabinet te overtuigen van het verder ophogen van de onbelaste vergoeding. Het is niet bekend of er naar hun onderzoek en ideeën geluisterd gaat worden.
Houd verder rekening met de wijziging in de berekening van de onbelaste vaste reiskostenvergoeding die per 1 januari 2022 geldt
De onbelaste vaste reiskostenvergoeding voor personeel is voor de werkgever veel overzichtelijker. Het personeel ontvangt een vaste reiskostenvergoeding, waardoor het bijhouden van al die kilometers tegen de onbelaste reiskostenvergoeding verleden tijd is. Dit scheelt heel veel gedoe en tijd. De vaste reiskostenvergoeding moet wel aan bepaalde regels voldoen. Vanaf 2022 moet de werkgever de onbelaste vaste reiskostenvergoeding niet meer berekenen over werkdagen van het personeel. De berekening moet over de specifieke reisdagen gedaan worden. Dit komt doordat steeds meer personeel vaste dagen in de week vanuit huis werkt. Op die werkdagen hebben zij geen recht op de onbelaste vaste reiskostenvergoeding, aangezien zij op die werkdagen niet naar kantoor reizen.
